Terwijl we dachten weer volop samen te kunnen zijn deze winter, zijn we door een nieuwe corona-opleving weer meer op onszelf aangewezen. Wat betekent samen voor jou en wanneer ervaar je een groot gevoel van saamhorigheid? We vroegen het vijf inwoners van Mariënberg.
Henno Nieuwschepen: “Alleen ga je sneller, samen kom je verder. Dat vind ik een sterke uitspraak en dat merk ik in de straat als nieuwkomer ook. Samen proberen we het buurthuis nieuw leven in te blazen en zo een stukje saamhorigheid te creëren. In de kleinere kernen wordt nog veel samen gedaan. Dat noaberschap sprak ons aan. Mensen staan klaar voor elkaar, de deur staat open. Juist in deze tijd merk je hoe belangrijk samen is.”
Thijs Jolink: “Samen zijn, je denkt er normaal niet zo over na. Maar zodra het niet meer mag, wordt pas duidelijk wat je dan mist. Voor mij is dat afspreken met mijn kameraden. Elke week zien we elkaar en gaan we samen even de kroeg in. Met z’n allen, bij café Mans, aan een tafel, biertje erbij en samen de week afsluiten. Ja, dat is waar ik aan denk bij het woord samen.”
Derk Bouwhuis en Henriëtte Kelder: “Het gevoel van saamhorigheid vinden wij onder andere in de kerk, de Gereformeerde Kerk vrijgemaakt. ’s Zondags stroomt het dorp leeg. Dat is traditie, zo zijn we opgevoed. Het is mooi om bij elkaar te komen, daar voelen we ons heel fijn bij. We zijn familie, oom en nicht, en we zijn beiden diaken. Dat is heel dankbaar werk. De barmhartigheid en het omzien naar elkaar, dat spreekt ons allebei aan.”
Richard Ramaker: “In Mariënberg doen we veel samen. We zijn bereid de handen samen uit de mouwen te steken en elkaar een beetje voort te helpen waar nodig. Dat moet ook wel. De voorzieningen worden steeds minder, we hebben alleen nog een buurtsuper. Dat brengt ook minder mensen samen. Het lijkt alsof door corona de mensen meer in huis zijn en dat de behoefte aan ‘samen’ afneemt, maar als je ziet wat wij als buurt en dorp nog samen optrekken denk ik dat wij niet mogen klagen.”
Tekst JorindeSchrijft / Foto's door Simone van Eerde